Babymeisje Alana is geboren en overleden op 23 augustus 2025 in AZ Monica in Deurne (Antwerpen). Haar uitvaart heeft plaatsgevonden op woensdag 3 september 2025 om 11:30 op de begraafplaats Ruggeveld in Deurne. Dichter van dienst was Joke Van Leeuwen.
Baby Alana is op 21 weken doodgeboren in het AZ Monica in Deurne. De uitvaartconsulente van Cornelis&Janssens laat me weten dat de ouders afkomstig zijn van Nepal. Het is niet mogelijk voor hen om voor de uitvaart in te staan. Op dit moment zitten ze beiden er mentaal onderdoor. Vandaar de oproep. En dat ze voor hun dochtertje de naam Alana hebben gekozen.
De vader heeft een vaste woonplaats in Deurne, de moeder nog niet, al is men volop bezig met de nodige papieren. De ouders geven de voorkeur aan een begraving. Er wordt geopteerd voor het kinderperk van begraafplaats Ruggeveld in Deurne. Het zal het voor de ouders mogelijk maken om later het graf van hun baby’tje te bezoeken.
Het grijpt me altijd meer dan gewoonlijk aan om een uitvaart te verzorgen van een kind, een baby in dit geval. Ook al weet ik dat een ongeborene op 21 weken nog niet levensvatbaar zou zijn buiten de baarmoeder, het blijft een bittere pil.
Op de dag van de begraving, woensdag 3 september, is het winderig kil voor begin september. Ik heb onderweg een drietal sneeuwwitte rozen gekocht. Ik ben nog nooit op de begraafplaats van Deurne geweest. Via het uitvaartcentrum heb ik vernomen dat ik kan parkeren op de parking van Sportoase. Het is zoeken naar de ingang, die onzichtbaar lijkt, zowel vanop de Turnhoutsebaan als vanop de Ruggeveldlaan. Vreemd dat er hier nu nergens een wegwijzer naar het kerkhof te bespeuren valt. Intussen krijg ik een berichtje van Joke. Zij heeft de tram genomen, schrijft ze, maar ze is te ver gereden en zal te voet terugkeren
Ik vraag een bestuurder van een huisvuilwagen de weg. Ik heb nog tijd genoeg en ga alvast Joke tegemoet. Wat goed dat we allebei blijkbaar vroeg genoeg vertrokken zijn vanochtend, want we zijn nog ruim op tijd.
Aan de ingang meldt de voorganger L., dat de ouders van Alana toch aanwezig zijn, tezamen met een boeddhistische monnik die de ceremonie zal leiden. Ik herken de kleuren van het boeddhisme, oranje en bordeauxrood. Ze staan met zijn drieën iets verderop. De moeder huilt ontroostbaar. Joke en ik begroeten de ouders en de monnik. We leggen uit wie we zijn, wat onze opdracht is en dat Joke een gedicht heeft geschreven dat ze in het Nederlands en het Engels zal voordragen aan het graf. Er wordt afgesproken dat ik de voordracht zal opnemen met mijn telefoon. Kwestie van later te kunnen herbeluisteren.
Vader en moeder zeggen niet veel, ze knikken, staan stilletjes bij elkaar. De vader spreekt Engels. Hij dankt ons, kijkt wat verweesd voor zich uit. De moeder, weet ik, spreekt geen Engels. Ik spreid mijn armen ten teken dat ik haar een knuffel wil geven. Ze knikt en legt even haar hoofd tegen mijn schouder.
De tocht achter de corbillard naar het kinderperk verloopt moeizaam. Moeder blijft soms staan. Telefoons rinkelen. Dan zie ik wat er aan de hand is. Er zijn twee jonge mensen nog, een man en een vrouw, ook van oosterse oorsprong, die zich bij ons voegen. Wellicht zijn ze bekenden of vrienden van de ouders van Alana. Het is geruststellend te merken nu dat ze niet helemaal alleen staan met hun verdriet. De monnik prevelt in een onverstaanbare taal, een vorm van gebed, vermoedelijk mantra’s zoals gangbaar in de boeddhistische traditie, zwaait met een wierookvaatje.
Bij aankomst aan het kinderperk heet de voorganger van het uitvaartcentrum iedereen welkom bij de uitvaartplechtigheid . Waarop ik de mogelijkheid krijg opnieuw uitdrukking te geven aan ons medeleven met de ouders bij het verlies van hun baby. En dat ze troost mogen vinden in de liefde voor elkaar en in de kring van familie en vrienden die hen bijstaan.
De kleine kist wordt door de monnik en de vader tezamen in het graf gezet. De vader van Alana heeft wierookstokjes, kaarsen en een zakje rijstkorrels meegebracht. De stevige bries op het kerkhof verhindert het aansteken van de wierookstokjes en de kaarsen. Pas achter een heg lukt het. De monnik werpt de rijstkorrels op de kist en in het zand, net als het water dat wordt uitgegoten zijn het symbolische gebaren die refereren aan de eeuwige wederkeer van leven en dood.
De monnik knikt ten teken dat hij zijn deel afsluit. Het is nu aan Joke om het gedicht voor Alana te brengen. Ik registreer met mijn telefoon. Joke draagt zoals gezegd het gedicht zowel in het Nederlands als in het Engels voor :
er is een meisje veel te vroeg geboren
oortjes opzij en neusje mooi van voren
er is een meisje veel te vroeg geboren
was ze maar in de mamabuik gebleven
totdat ze klaar was om te kunnen leven
was ze maar in de mamabuik gebleven
ze heeft een naam die iedereen mag horen
papa en mama hebben haar verloren
ze heeft een naam die iedereen mag horen
Alana, Alana, Alana
a little girl was born too soon
with tiny ears and nose in tune
a little girl was born too soon
if only she had stayed inside,
in mama’s womb, where she could hide
if only she had stayed inside
she has a name for all to say
though mom and dad have grief today
she has a name for all to say
Alana, Alana, Alana
De monnik geeft aan dat het grafje mag gesloten worden. De grafdelver neemt deze opdracht voor zijn rekening. Er worden bloemen gelegd op het graf, een poppetje leunt tegen het kruis aan met Alana’s naam erop. Dan draait de monnik zich naar mij toe en vraagt wie er nog op deze plek begraven ligt. Ik zeg hem dat het hele perk de laatste rustplaats is van uitsluitend baby’s en kinderen. Dan wendt hij zich tot de moeder die nog steeds weent. Hij begint zachtjes tot haar alleen te spreken. Lang, met een warme stem, spreekt hij op haar in. Ze wordt zichtbaar rustiger, ademt dieper. Af en toe knikt ze. Uiteraard versta ik geen woord van wat de monnik tegen haar zegt. Zou het kunnen dat hij het boeddhistische verhaal van Kisa Gautami vertelt?
Het gaat grofweg samengevat als volgt:
Ten tijde van de Boeddha stierf het enige kind van een vrouw die Kisa Gautami heette. Ze was niet in staat dit te accepteren en vroeg iedereen die ze zag om een medicijn dat haar kind weer tot leven zou brengen. Tot iemand haar zei dat de Boeddha zo'n medicijn had. Kisa Gautami ging naar de Boeddha, knielde voor hem, en vroeg: 'Kunt u een medicijn maken dat mijn kind weer tot leven wekt?'
'Ik ken zo'n medicijn,' antwoordde de Boeddha. 'Maar ik kan het alleen bereiden met bepaalde ingrediënten.'
De vrouw was opgelucht en vroeg: 'Welke ingrediënten hebt u nodig?'
'Breng me een handvol mosterdzaad,' zei de Boeddha.
De vrouw beloofde dat voor hem te halen, maar hij voegde eraan toe: 'Ik heb mosterdzaad nodig uit een huis waar geen kind, man of vrouw, ouder of bediende is gestorven.'
De vrouw begon alle huizen een voor een langs te gaan, op zoek naar het mosterdzaad. Bij elk huis waren mensen bereid haar het zaad te geven, maar wanneer ze hun vroeg of er iemand in het gezin was gestorven, kon ze geen huis vinden dat niet door de dood was bezocht - in het ene huis was een dochter overleden, in het andere een bediende, en in de overige een man of ouder. Kisagotami slaagde er niet in een huis te vinden waar de dood geen leed had veroorzaakt. Toen ze besefte dat zij niet de enige was die verdriet had, legde ze het levenloze lichaam van haar kind eindelijk neer en ging terug naar de Boeddha, die met groot mededogen zei: 'U dacht dat alleen u een kind had verloren; de wet van de dood luidt dat bij alle levende wezens niets blijvend is.'
Nadat we afscheid hebben genomen van de ouders van Alana, hun vrienden, de monnik, en de mensen van het uitvaartcentrum , zegt Joke: ‘Deze uitvaart is niet echt eenzaam geweest hé.’ Maar goed ook, zeg ik. We omhelzen elkaar. Joke neemt de tram terug. Die stopt voor mijn deur, zegt ze.
Wanneer ik in de auto stap, zie ik vanuit de verte dat de ouders met hun vrienden en de monnik de begraafplaats intussen ook verlaten.
Bedankt om deze gebeurtenis ook met ons te delen. Het is intriest en tegelijkertijd verwarmend te weten dat Alana niet eenzaam is gegaan....
💖